De Kaiserstuhl ligt in het Anbaugebiet Baden in het zuidelijke Schwarzwald, vlakbij de stad Freiburg im Breisgau. De Rijn stroomt circa 5 kilometer westelijk van de Kaiserstuhl. De Elzas ligt 25 kilometer ten westen, Basel zo’n 50 kilometer zuidelijk.
De Kaiserstuhl behoort tot de warmste gebieden van Duitsland.
De Kaiserstuhl is een oude vulkaan. De wijngaarden liggen op terrassen, zoals op bijgaande foto’s goed is te zien.
Door de grillige vorm van het landschap ontstaan unieke microklimaten. Sommige wijngaarden liggen een stuk dieper en zijn zo van alle kanten beschermd. In de linker onderhoek van bovenstaande foto, vlak boven de bocht in de weg is dit te zien.
Het meest aangeplante druivenras op de Kaiserstuhl is de Spätburgunder (Pinot Noir, bijna 40 %), gevolgd door Grauburgunder (Pinot Gris), Müller-Thurgau (Rivaner) en Weissburgunder (Pinot Blanc). Daarnaast worden o.a. ook Riesling en Chardonnay verbouwd.
De bodems bestaan met name uit löss en uit vulkanisch gesteente. De löss is tijdens en vlak na de laatste ijstijd door de wind aangevoerd. De lösslaag is op sommige plaatsen enkele meters dik.
Op andere plekken komt het vulkanisch gesteente aan de oppervlakte.
Druiven van vulkanische bodem geven krachtige, complexe wijnen met veel extract. Löss is een vruchtbare bodem, die lichtere en fruitige wijnen voortbrengt. De Weinlage is dus ook hier zeer bepalend voor het karakter van de wijn.
Dat laatste heb ik proefondervindelijk vastgesteld bij Weingut Heger in Ihringen. Hier heb ik Weissburgunders, Rieslings en Spätburgunders geproefd van lössbodems en vulkanische bodems. De verschillen zijn zeer groot. De geproefde wijnen van de lössbodems waren allen fris met mooie zuren. Veel fruit in geur en smaak. De wijnen van de vulkanische bodems (Weinlagen Winklerberg en Schlossberg) waren in eerste instantie ingetogen en hadden enige tijd nodig om hun aroma’s te ontvouwen. Het geduld werd beloond met een zeer mooie, complexe geur en smaak.